DEN HAAG - “Europese integratie valt niet meer terug te draaien. Nederland is gebaat bij een verenigd Europa en moet zich voluit inzetten voor verdere integratie om ook op langere termijn optimaal van Europa te blijven profiteren”. Met deze woorden opende Bob van den Bos, oud lid van de Eerste en Tweede Kamer en van het Europees Parlement voor D66 op 20 mei het debat tussen Nederlandse kandidaten voor het Europees Parlement (EP). Dit debat is georganiseerd door de Nationale Havenraad. Het debat vond plaats op de tweede Europese maritieme dag. Tevens is het jaarverslag 2008 van de Nationale Havenraad gepubliceerd.
Aan het debat namen Corien Wortmann (CDA), Jan Cremers (PvdA), Jeanine Hennis (VVD), Peter van Dalen (CU), Niels van den Berge (GL) en Marietje Schaake (D66) deel. Zij waren allemaal voor heldere richtsnoeren voor staatssteun aan zeehavens. Er was ook veel steun voor een TEN-T beleid, gericht op verbinding van sterke economische clusters. Dus geen opgelegde verplaatsing van havenactiviteiten van noordwest Europa naar het Middellandse zeegebied. Juist in deze tijd van economische depressie heeft de transportsector veel van Europa te verwachten, aldus de kandidaten. Minder eenstemmigheid was er op het gebied van verduurzaming van het goederenvervoer en de instrumenten om dit doel te bereiken.
Jaarverslag
Volgens W.T. van Gelder, voorzitter van de Nationale Havenraad, wordt het economische belang van de Nederlandse zeehavens en het logistieke netwerk daaromheen nog onvoldoende erkend in Nederland. Zo schrijft hij in zijn voorwoord van het jaarverslag. “Anders is niet te verklaren waarom procedures rond verbetering en uitbreiding van zeehavens en havenrelevante infrastructuur, alsmede intensivering van het gebruik van bestaande capaciteit zo moeizaam verlopen”. In 2008 is het thema duurzaamheid regelmatig aan de orde geweest. Volgens Van Gelder kunnen zeehavens, de daaraan gerelateerde transportsector en andere havengebruikers wel een steentje bijdragen aan het zuinig omgaan met beperkte voorraden, het terugdringen van schadelijke effecten en de ontwikkeling van alternatieven.
Europarlementariërs
Vier van de zes Europarlementariërs die aanwezig waren op het debat van 20 mei, komen aan het woord in het jaarverslag. Zo hebben de zeehavens volgens Corien Wortmann al jaren terecht een prominente plek op de Europese agenda. Maar liefst zeventig procent van de Nederlandse economie wordt bepaald door import en export. Zeehavens spelen daarin een cruciale rol en fungeren als motor voor werkgelegenheid, innovatie en duurzaamheid. In 2008 is het nieuwe Europese zeehavenbeleid besproken in het EP. Namens het CDA was Wortmann hiervoor woordvoerder. Volgens haar kan er veel worden bereikt met stroomlijning van de huidige milieuregels. “Er is teveel onduidelijke of zelfs tegenstrijdige milieuwetgeving. Dit zorgt voor onnodige vertraging voor projecten in de havens. Europese richtsnoeren moeten daar snel duidelijkheid in geven (...) Het CDA vindt dat het level playing field voor zeehavens moet worden gegarandeerd”. Ook het verbeteren van de achterlandverbindingen op korte termijn vindt het CDA van groot belang. De bereikbaarheid van de zeehavens bepaalt mede de concurrentiepositie van de havens en Nederland. Wortmann: “Zeker voor de binnenvaart en shortsea shipping liggen hier nog vele kansen. Komend jaar zal het Trans Europese Transportnetwerk worden herzien. Zeehavens en hun achterlandverbindingen moeten wat betreft het CDA een centrale rol krijgen in deze herziening”.
Stilzitten
Volgens Jeanine Hennis-Plasschaert van de VVD is stilzitten geen optie. “Als we onze concurrentiepositie willen behouden en de verwachte groei goed willen opvangen, moeten we nu inzetten op sterke en efficiënte havens”. De Europarlementariër is van mening dat er aanzienlijke verbeteringen mogelijk zijn als het gaat om de achterlandverbindingen. “Het moet echter wel duidelijk zijn dat de EC niet over een bos met toverstokken beschikt. EU-lidstaten zullen er dan ook alles aan moeten doen om nut en noodzaak van goede achterlandverbindingen hoog op de nationale politieke agenda te zetten”.
Bron: Scheepvaartkrant