NVB - Ledennetwerk

De NVB-leden vormen een netwerk van havens, havenbedrijven, gemeenten, regio's, provincies, ontwikkelingsmaatschappijen en geassocieerde organisaties. Meer informatie

Brandbrief aan de nieuw te vormen Colleges

Brandbrief aan de nieuw te vormen Colleges van gedeputeerden van de provincies:
Provincies kunnen aan een vermindering van de uitstoot van broeikasgassen een zeer grote bijdrage leveren door hun binnenhavens (“Blue Ports”) te stimuleren.
Voorzitter Corien Wortmann: “Intensiever gebruik vaarwegen voor het transport van goederen levert een sterke reductie op van broeikasgassen”

Kijk hier voor de Brief aan College van Gedeputeerde Staten

Inleiding
De Nederlandse Vereniging van Binnenhavens (NVB) zal bij de nieuw te vormen Colleges van Gedeputeerden van de Provincies in een brandbrief aandringen op een krachtig beleid voor de ontwikkeling van hun “Blue Ports” (binnenhavens/logistieke knooppunten langs de vaarwegen). De Nederlandse overheid is voorstander van een krachtig beleid gericht op vermindering van broeikasgassen. De centrale overheid delegeert daarbij steeds meer taken naar de lagere overheden. Ook het nieuwe kabinet is voornemens dit beleid voort te zetten. In dit beleid spelen de provincies een belangrijke rol, zeker wanneer het gaat over planologie en Ruimtelijke Ordening. Veel provincies hebben op het gebied van goederenvervoer en Ruimtelijke Ordening en daarmee van de ontwikkeling en instandhouding van “Blue Ports,” een te laag ambitieniveau. Provincies dienen bijvoorbeeld veel dwingender en concreter in streekplannen te omschrijven waar “Blue Ports” moeten worden (her-)ontwikkeld. De bereidheid tot het maken van keuzes dient er te zijn. Het maatschappelijk belang gericht op de voorkoming van klimaatverandering, en het oplossen van de voortdurende verkeershinder, maakt een drastische beleidswijziging absoluut noodzakelijk.

Maatschappelijk belang Vervoer over de vaarwegen per binnenschip leidt in vergelijking met vrachtwagens tot een reductie van het brandstofgebruik dat kan oplopen van gemiddeld 1/3 tot 1/6.
De uitstoot van C02 (het broeikasgas dat de meest directe oorzaak is van het huidige broeikaseffect) is direct gekoppeld aan het brandstofverbruik. Veel meer dan 50% van het internationale goederenvervoer van en naar Nederland wordt al vervoerd per schip. Binnenlands is dat circa 24% . Binnenvaart speelt dus in het vervoer een doorslaggevende rol, maar binnen Nederland kan nog veel meer gebeuren.

Provincies kunnen aan een beleid dat gericht is op een vermindering van de uitstoot van broeikasgassen, een zeer grote bijdrage leveren, door ervoor te zorgen dat de grote vervoerstromen per binnenschip plaatsvinden en in regionale “Blue Ports” worden afgewikkeld, waardoor het aansluitend vervoer per vrachtwagen naar de consument/winkel of fabriek sterk wordt verkort en verkeershinder verder kan worden verminderd.

Naast de enorme milieukansen zijn “Blue ports” een enorme aanjager van werkgelegenheid. Uit een TNO-onderzoek, met als titel “Blue ports: knooppunten voor de regionale economie”, van december 2004, blijkt dat de Nederlandse binnenhavens gezamenlijk een belang hebben dat in de buurt komt van de zeehavens en een directe toegevoegde waarde kent van 5,7 miljard Euro en een werkgelegenheid van 66.400 werknemers.
Een goede en goedkope logistiek verstrekt daarbij aanzienlijk de kansen van het regionale bedrijfsleven. Veel bedrijventerreinen in Nederland liggen al langs vaarwegen, maar daar wordt nog te vaak weinig aandacht aan besteed.
Provinciebesturen kunnen deze trend keren en hun binnenhavens en bedrijventerreinen (milieuvriendelijk) op de kaart zetten.

Corien Wortmann: “Zonder moderne “Blue Ports” is binnenvaart onmogelijk”.

De Nederlands Vereniging van Binnenhavens (NVB) verwacht de komende jaren van de Provincies een offensief beleid, in samenspraak met hun gemeenten en de Centrale overheid, dat gericht is op een bundeling van vervoer via knooppunten in zeehavens en binnenhavens en clustering van handel en industrie, bij voorkeur bij logistieke knooppunten.

Wanneer dit beleid slaagt dan weten de bestuurders dat zij een aanzienlijke maatschappelijke bijdrage hebben geleverd aan de vermindering van emissies en het voorkomen van hinder, zonder de economie kracht en werkgelegenheid schade te berokkenen.




Bijlage bij persbericht Nederlandse Vereniging van Binnenhavens over brandbrief aan de nieuw te vormen Colleges van gedeputeerden van de provincies, d.d. 7 maart 2007


Onderbouwing emissiegegevens binnenvaart
Een feit is dat een binnenschip per tonkilometer veel minder energie verbruikt dan een truck, en daardoor ontstaat er dus ook minder uitstoot van schadelijke stoffen.

Uit het statistisch jaarhandboek blijkt dat verschil tussen schepen en trucks goed uit te rekenen. Een binnenschip verbruikt gemiddeld 0,4 MJ/tonkilometer en een vrachtauto 5 MJ/tonkilometer. De binnenvaart verricht binnenlands 24 procent van het vervoer. De rest wordt vrijwel geheel door het wegvervoer gedaan. Het leeuwendeel van de uitstoot in het goederenvervoer in Nederland komt dus van de vrachtauto's.

NOx
Een vrachtauto kent een NOx uitstoot van 800 g/GJ. Bij een scheepsmotor is dat het dubbele: 1600g/GJ. Maar omdat het is gerelateerd aan het energieverbruik (dat dus bij vervoer per schip veel lager ligt) moet de uitstoot van NOx ook veel lager zijn.
Volgens het statistisch jaarboek stoot de binnenvaart 38 kiloton/jaar uit aan NOx. Maar daar is ook het transitvervoer bij gerekend, plus de recreatievaart en de visserij. Alles bij elkaar heeft de binnenvaart een vervoersprestatie van 50 miljard tonkilometer per jaar. Volgens bovenstaande formule is er een uitstoot van 32 kiloton NOx. Vergelijkbare hoeveelheden met 'schone' vrachtauto's zouden - ook volgens bovenstaande formule - de emissie op 120 kiloton NOx brengen. De uitstoot van CO2 zou zelfs twaalf maal zo hoog zijn als die van de binnenvaart.

Gestreefd wordt om de zwavelnorm voor brandstof voor binnenvaartdieselmotoren vanaf 2010 te verlagen tot die van het wegverkeer. Vanaf dat moment kan de binnenvaartsector gebruik maken van dezelfde emissieverminderende technologieën als die voor het wegvervoer en daarmee de emissies nog aanzienlijk verder reduceren (ca. 80%).

 

Go to top